The West Coast - Deel I - Reisverslag uit Narrogin, Australië van Carmen Caspers - WaarBenJij.nu The West Coast - Deel I - Reisverslag uit Narrogin, Australië van Carmen Caspers - WaarBenJij.nu

The West Coast - Deel I

Door: Carmen

Blijf op de hoogte en volg Carmen

31 Mei 2009 | Australië, Narrogin

Joehoe, daar ben ik weer!!

Begin deze maand ben ik weer aanbeland in Nederland en inmiddels toch alweer gewend aan (vooral) minder mooi weer, maar ook het leven in een huis, dagplanningen maken met een agenda en het rechtsrijden ;)! Uiteraard zijn er nog véél meer dingen anders dan in Australië en het reizen op zich, maar dat zal langzaam ook wel rechtgetrokken worden. Graag duik ik nog een keer mijn herinneringen in om de gebeurtenissen van de laatste maand aan jullie te vertellen. Omdat het een relatief lange periode betreft, zal ik het in twee gedeeltes publiceren. We gaan terug naar donderdag 2 april, in Perth:

Na een heel lange dag - om 6.50 uur was ik opgestaan in Alice Springs en om 1.15 uur ’s nachts kwam Marion dan eindelijk aan in het hostel in Perth - gingen we om 2.00 uur slapen na even kort maar krachtig bijgekletst te hebben!
Na een ontbijt in de tuin van het hostel zijn we de volgende dag een rondje door het centrum gelopen en hebben we geïnformeerd naar huurauto’s/campervans. Maar… wat bleek: in verband met de Paasvakantie hadden de Australiërs zelf alle campers gehuurd en was er geen meer over voor ons! We besloten een autootje te huren en een tent te kopen. Snel hadden we onze basisbenodigdheden voor het kamperen bij elkaar en zondag 5 april vertrokken we richting noorden langs de kust. De zaterdag die we in Perth nog hadden, hebben we goed besteed: we zijn naar het Western Australian Museum en de Gallery of Arts (erg interessant!) gegaan en daarna met een toeristische wandelroute alle ‘historische’ hoogtepunten van Perth en de Swan River bekeken. Marion was helemaal onder de indruk van de kleurrijke papegaaitjes in de bomen :). ’s Avonds hebben we Australian Football gekeken en alle verzamelde folders en brochures bestudeerd voor de reisplanning.

De volgende morgen hebben we onze ‘Sunshine’, een gele, schattige Hyundai Getz, opgehaald en zijn we naar Yanchep National Park gereden. Daar hebben we geluncht bij een mooi meer met eendjes en pelikanen, en gewandeld langs koala’s. Via de kustroute zijn we (na even verdwaald te zijn: de weg hield opeens op!!) uiteindelijk in het licht van een prachtige zonsondergang bij Cervantes aangekomen. In het donker hebben we toen voor het eerst ons tentje opgezet en gekookt met onze rechthoekige legerpannetjes ;). Na even heerlijk gerelaxed te hebben met Nederlandse tijdschriften op de bank en gekletst te hebben met 3 Duitse meiden, gingen we slapen …

… en om 5.15 uur ging de wekker alweer! Voorzichtig, omdat er véél overstekende kangaroes zijn tijdens ochtend- en avondschemering, zijn we naar de Pinnacles Desert gereden voor zonsopgang. We waren er de enigen (!) en het werd een prachtig gezicht. We hebben gespeeld met schaduwen en ook een heel stuk door echte woestijn gelopen (onze voetstappen achterlatend, handig voor de terugweg :D). Na een autoritje hebben we gepauzeerd in zee: in het prachtig, helderblauwe water bij Port Denison. Daar zagen we een halve meter grote zeeslak, we wisten niet eens dat zoiets bestond! In Geraldton hebben we vervolgens onze etensvoorraad flink aangevuld en genoten van lekker koude Vanilla Coke. Daarna zijn we doorgereden naar Kalbarri, via erg mooie klif-lookouts. Bij de laatste hebben we weer van een prachtige zonsondergang genoten. Maar.. toen moesten we onze camping nog vinden! Na wat instructies van een bezorgde Serviër, zijn we er toch gekomen. In de badkamer hebben we onze maaltijdsalade bereid en in het donker buiten opgegeten. Het waaide flink, de hele nacht door (en de haringen van de tent kregen we met geen mogelijkheid in de harde grond, dus de tent bleef door ons lichaamsgewicht en een 10 l waterjerrycan overeind). Nadat de wind steeds sterker werd en Marion bezorgder (“Kan het geen cycloon zijn?” ;)), besloten we de tent op te ruimen (weer bleek het badkamergebouw erg handig) en in de auto te gaan slapen..

Na ons ontbijt met uitzicht op een tractor, kwamen we ‘s morgens de 3 Duitse meiden weer tegen bij het Visitor Centre, we wilden informatie inwinnen over het Kalbarri National Park. Na eerst een aantal lookouts te hebben bewonderd, hebben we gewandeld in de gorge naar de Murchison rivier. Even later zijn we daar ook lekker gaan zwemmen, met kriebelende waterplanten tegen onze buik aan ;). Twee Franse jongens gingen er ook even in met hun snorkels. We waren net lekker op aan het drogen toen Frank, een Canadees van Nederlandse afkomst (geëmigreerd in de jaren 1960), kwam en er ontstond een interessant gesprek. Omdat wij hem hadden overtuigd van het heerlijke water, ging hij in zijn onderbroek ook even de rivier in. In de auto zijn we vervolgens een stuk noordelijker gereden en bij Hamelin Pool in Shark Bay gestopt. Daar hebben we gelopen over een schelpjesstrand. Vroeger maakten ze zelfs gebouwen van deze schelpjesbouwstenen: tegenwoordig gebruiken ze de blokken alleen nog maar voor restauratie. Hamelin Pool is echter om een andere reden wereldberoemd: het bevat namelijk stromatolieten: 3,5 miljard jaar oude fossielen. Het zijn in feite dunne lagen kalksteen, met micro-organismen, in de vorm van zuilen of heuveltjes, zeer belangrijk voor (het analyseren van) de evolutieleer. Behalve die apart gevormde, bruin/zwarte formaties in het superheldere water, waren er ook héél veel scholen van honderden kleine visjes. Verder op de snelweg, haalden we de Franse jongens van eerder die dag in en bij Monkey Mia hebben we de enige camping aldaar (dus duur!) opgezocht. Daar ontmoetten we ook Frank weer, terwijl we ons avondmaal klaarmaakten in de gemeenschappelijke keuken.

Monkey Mia staat bekend om haar toeristische attractie: het voeren van dolfijnen. Elke morgen staat er een meute toeristen op het strand en uiteraard voegden wij ons hier om 7.30 uur ook bij. Al snel zwommen er véél dolfijnen vlak voor ons: het zijn wilde dolfijnen, maar ze vinden het fijn om dagelijks aandacht te krijgen (slechts vijf van hen krijgen ook daadwerkelijk vis gevoerd). Ik werd voor de laatste vis voor een dolfijn ook uitgekozen om te voeren, heel speciaal! Na een fotosessie met pelikanen op het strand, zijn Marion en ik bij de tweede voerronde gaan staan en gelukkig werd nu ook Marion geselecteerd om een vis te voeren :D! Op de terugweg in de auto zijn we nog bij Shell Beach (inderdaad: een mooi schelpjesstrand) gestopt, waar we van het enorm heldere water hebben genoten. Ook de Franse jongens ontmoetten we er weer :). Daarna zijn we doorgereden naar Carnarvon, waar veel Aboriginals wonen. We hebben een lekker ijsje op de stoep gegeten, snorkels gekocht en op de camping 40 baantjes (!) in het zwembad(je) gezwommen :D. Totdat we het koud kregen in het water hebben we met twee andere Fransen gekletst en daarna een hele barbecue vol als avondeten klaargemaakt. Er sprak ons daar ook een man, Len, aan; hij nodigde ons uit om als we in Exmouth zijn, op zijn boerderij te komen kamperen.

We reden al vroeg weer verder naar Coral Bay de volgende dag. Het werd erg warm, dus we zijn eigenlijk meteen de zee ingegaan met onze snorkels. Het was erg mooi koraal (grote ‘rozen’), maar niet heel veel vissen. Wel hebben we een sting ray gezien, ik zwom er opeens boven! Na een hele tijd op het strand gekletst te hebben en weer even verkoeling in het water te hebben gezocht, kwamen we er om 15.00 uur achter dat we al 5 uur in de brandende zon hadden vertoefd.. Dat was ook wel te zien! ’s Avonds zijn we op de camping nog aan de praat geraakt met een Nederlands stel, dat erg interessante verhalen had over hun reis en vrijwilligerswerk.

Na weer een vroeg ontbijt zijn we op weg gegaan naar Exmouth en hebben we bij Len meteen onze tent opgezet. Het was er vreselijk rommelig op zijn landgoed en van een ‘boerderij’ was niet echt sprake: onze eerste indruk. Het was Goede Vrijdag, dus het Visitors Centre was helaas dicht. Gelukkig was de duikshop aan de overkant behulpzaam om voor mij rond te bellen voor een duikmogelijkheid de volgende dag. Dit was nog een zoekwerk, want door de drukte van de Paasvakantie was zowat alles volgeboekt! Daarna zijn we naar Cape Range National Park gereden en zijn we volgens Len’s tip naar ‘Oysters Stack’ gegaan om te snorkelen. Ondanks de sterke stroming en het pijnlijke kiezelstrand dat je daardoor moest overlopen om weer bij de beginplek uit te komen, hebben we ons er een heel aantal uren vermaakt. Zolang, dat we alleen nog tijd hadden om naar het verst mogelijke punt te rijden (Yardie Creek, móói donkerblauw water) om daar even kort te wandelen. Daar raakten we aan de praat met een Nederlands-Australische vrouw, die ons aan haar schoonbroer en -zus voorstelde, waarvan we ook een aantal tips voor het zuiden kregen. We werden toen voor het eerst gewaarschuwd voor “de kou” daar.. Terug bij Len hebben we gedoucht in een tot 'huis' omgebouwde bus (!!) en op de BBQ ons eten van de vorige avond opgewarmd: jaja, kan allemaal in Australië! Het werd een leuke avond, met veel interessante gesprekken. Len weet erg veel van het land, cultuur en de natuur en leeft een avontuurlijk leven. Samen met zijn vrouw reist hij in een (andere) grote bus door Australië, soms blijven ze een aantal jaar op dezelfde plek wonen, zoals nu. De ‘boerderij’ bleek een soort planten-/groentenkwekerij te zijn, die zij waarnemen voor Brian, de eigenaar die na de dood van zijn vrouw troost in alcohol heeft gezocht.. Na het analyseren van de sterrenhemel zijn we om 23.00uur gaan slapen.

Om 7.15 uur zou ik opgehaald worden door de duikschool, maar na een hele tijd wachten, twee keer bellen en weer wachten (ze konden de weg niet vinden!) kwamen ze net na achten. Met een grote groep zijn we naar de haven gereden en vervolgens naar de ‘Lighthouse Bay’ gevaren. De eerste duik deden we met z’n vieren, maar het Amerikaanse stel dook tergend langzaam, daarom heb ik me bij de tweede duik bij een andere groep aangesloten. Het was erg leuk! Weliswaar minder imposant koraal, maar wel véél vissen, nudibranches, twee zeeschildpadden, blue spotted lagoon roggen en Wobbegong-haaien. Om 15.15 uur voegde ik me weer bij Marion en zijn we samen weer naar het Cape Range National Park gereden. Bij Turquoise Bay hebben we lekker gesnorkeld. Ondanks minder imposant koraal, was het wel mooi: we hebben veel Picasso triggerfish gezien in allerlei maten en ook pufferfish. Daarna mooi de zonsondergang op het strand bekeken en een fotoshoot gehouden ;). Door het donker, héél voorzichtig voor de kangaroes, zijn we teruggereden naar Len. In bikini kwamen we daar aan, de rest zat lekker aan hun avondeten van de BBQ. Deze keer weer een nieuwe douche-ervaring: een tuinslang waar warm grondwater uitkwam! Het werd weer een gezellige avond, met heerlijk zelfgemaakte Bailey’s.

Omdat vandaag, 12 april, een lange reisdag op de planning stond: 600 km naar het Karijini National Park, zijn we vroeg vertrokken. Na even een handwasje, het bijvullen van onze watervoorraad en wat OZ-tips van Len om koud water ook koud te hóuden met nat krantenpapier zijn we vertrokken, na afscheid genomen te hebben van de gastvrije en erg aardige Len (en zijn vrouw). Via mooie uitzichten bij de Kings Fisher gorge, waar we ontbeten, zijn we via prachtige landschappen naar Nanutarra Roadhouse, Paraburdoo en Tom Price gereden. Daar namen we de afslag naar het park en zijn we het aan de oostkant binnengereden. Na onze tent te hebben opgezet op de Dales camping, zijn we naar de Fortescue Falls gelopen, een natuurlijk gevormd zwembekken met prachtig gevormde, trapsgewijze rotswanden eromheen. Daar zijn we aan de praat geraakt met drie jongeren (Fins, Spaans en Israëlisch) die de rotswand van hóóg afsprongen. We werden uitgenodigd om bij hen te komen zitten op de camping die avond, maar na ons avondeten - waarbij een dingo erg dichtbij kwam - werden we door onze buren uitgenodigd. Ze waren allemaal al aardig aangeschoten en dus erg melig. Het werd een leuke avond, er was ook een Amsterdammer bij die blij was om weer Nederlands te kunnen praten. We hebben samen de Australiërs Nederlandse zinnen en uitspraken geleerd: hilarisch! De hele avond veel gelachen en laat naar bed..

’s Morgensvroeg hoorden we indrukwekkend dingogehuil! Na afscheid genomen te hebben van de buren, ze gingen weer naar huis, hebben we op onze campingplaats rondgevraagd of men benzine over had. We hadden namelijk net wat te weinig in onze tank om het hele park mee door te rijden.. Nadat we eerst 6 liter konden hebben en daarna nog eens 17 liter, zat onze tank weer aardig vol: een hele opluchting! Daarna zijn we naar het Visitors Centre gereden, en veel gelezen over de geschiedenis van de Aboriginals in het gebied. Bij de Kalamina Gorge zijn we eerst naar de waterval gegaan en die helemaal omhoog gelopen: leuk :). Na even 4,5 liter water te hebben gehaald bij de auto, zijn we de gorge in gaan wandelen. Je moest zelf je pad vinden over de rots-lagen en waterstrominkjes. We waren er ook helemaal alleen: speciaal! Op het eind van de gorge hebben we gezwommen, uiteindelijk zijn we er 4,5 uur geweest :D! Na de autorit terug naar de Dales camping, hebben we vroeg gekookt en daarna naar de Three Ways lookout gegaan. Daar ontmoetten we de twee Franse jongens van eerder weer (Thomas en Régiz) en hebben we gezamenlijk de zonsondergang bekeken en nog in het donker staan praten, met dingogehuil op de achtergrond. Ze waren erg verbaasd dat wij er vandaag maar één gorge ‘op hadden zitten’: zij hadden ze allemaal, op de Dales gorge na, gedaan vandaag! We hebben ze maar uitgelegd dat we graag de tijd nemen om te genieten van de mooie dingen die we tegenkomen. Op de camping hebben we nog tot laat bij hen gezeten en weer eens wijn gedronken.

De volgende dag werd helaas bewolkt. We zijn vroeg opgestaan, de tent ingepakt en naar Circular Pool gewandeld, daar lekker gezwommen en gedoucht onder de verschillende watervalletjes. Ook Thomas en Régiz kwamen iets later en na even gespeeld te hebben in het water, hebben we afscheid van hen genomen: zij gaan verder naar het noorden, terwijl wij weer zuidwaarts zullen gaan na Karijini. We hadden besloten toch niet tot Broome door te rijden, zodat we meer tijd voor het zuiden over houden en we rustiger kunnen reizen. Na een autoritje naar de Joffre Gorge, vonden we na even zoeken het pad: erg steil naar beneden! Bij de waterval, een prachtige kom in de rotsen - weer trapsgewijs, hebben we lekker gerelaxed en toen de hele gorge tot het einde doorgezwommen: vermoeiend! Daarna hebben we tussen veel groen gewandeld in de Knox Gorge en halverwege bij een mooie zwemplek even lekker gezwommen. Vervolgens zijn we doorgereden naar de Eco Retreat camping, die ietsje luxer was dan de primitieve Dales camping waar we de eerste twee nachten verbleven. Er waren hier zelfs douches! Op de BBQ hebben we met onze pannetjes gekookt: het duurt even, maar dan heb je ook wat! Hierna zijn we in het restaurant een toetje van chocoladecake, met caramel- en chocoladesaus gaan eten :D.

Na lekker vroeg te zijn opgestaan weer, zijn we naar de “twee mooiste lookouts van Australië” gereden, waar vier gorges bij elkaar komen. Of het daadwerkelijk de mooiste zijn.. ik denk het niet: maar uiteraard was het wel een schitterend uitzicht! Na eerst te hebben gewandeld door de Weano Gorge, na een lang avontuurlijk, dichtbegroeid pad (we hadden de lange route genomen) kwamen we bij Handrail Pool uit: een nauwe (meter breed) rotsspleet, met een leuk rond zwembadje en na een korte ‘abseil’ moesten we weer een andere nauwe spleet door. Het was erg speciaal om tussen zo’n hoge rotswanden te zwemmen! Ook zijn we daarna nog een stuk ingegaan waar we eigenlijk niet in mochten, maarja, we blijven nieuwsgierig en hadden alles onder controle :). Als laatste zijn we in de Hancock Gorge afgedaald. Na even te hebben gewandeld, moesten we al snel weer het water in. Lekker glibberig zijn we via de Spider Walk (handen en voeten zijn nodig) naar Kermits Pool gelopen. Halverwege de Spider Walk maakte ik een spectaculaire uitglijder, helaas door niemand gezien ;) : ik ben een heel stuk op mijn kont omlaag gegleden! Toen ik op onze terugweg een jongetje hetzelfde zag doen, met als verschil dat hij bewúst wilde glijden, kwam hij lang niet zover :D. We hebben er een hele tijd gezeten, met uitzicht op Regans Pool waar je niet heenmocht (en waar ook bloedzuigers zouden zitten..). Na de wandeling terug naar de auto, zijn we via 40 km ‘dirt road’ het Karijni park uitgereden..: een werkelijk magnifiek stuk natuur achterlatend!

Na een mooie autorit, door weer eens fantastische landschappen met mooie kleuren en heuvelwanden, hebben we in de mijnstad Newman een camping gevonden. In de supermarkt liep meer dan de helft in een overall: allemaal mijnwerkers, ook vrouwen! We hebben op de camping lekker ge-BBQ-ed. De hele avond kwamen mijnwerkers met grote auto’s terug van hun werk, naar hun wooncontainers op de camping. ’s Morgensvróeg vertrokken ze ook weer, met zwaar motorgeluid. Na even buiten gezeten te hebben die avond, vergezeld door een lieve, rode poes, zijn we toch maar in ons tentje gekropen: het wordt al wat frisser ’s avonds!

De volgende dag begonnen we met een lekker havermoutontbijt en warme douche. Er stond een lange rit op het programma: langs mooie landschappen zijn we via Meekatharra naar Cue gereden en daar hebben we even rondgelopen. Het was een schattig, klein mijnstadje. Bij de lokale supermarkt een Magnumijs gehaald en wat gewandeld langs oude, soms leegstaand lijkende gebouwen. Het politie- en postkantoorgebouw waren gemaakt van aparte stenen, met een mooi rode kleur. Nadat we zijn doorgereden naar Mt. Magnet, ook weer een mijnstad, hebben we daar onze tent opgezet. Na de boodschappen hebben we gewandeld door de ‘hoofdstraat’, maar het zag er leeg/ongezellig uit: met ijzerwerk voor bijna alle ramen, ter preventie van vandalisme. In de speeltuin hebben we even het kind in onszelf losgelaten ;) en daarna op de camping ons avondmaal gekookt. Voor het slapen nog een hele tijd buiten met een Australisch echtpaar staan kletsen, zij gaan helemaal via de kust met een enorme 4WD en camper naar Townsville, voor het huwelijk van hun zoon.

Na weer een lekker ontbijt buiten (het wordt overigens telkens wat koeler, we beginnen de waarschuwingen “It’s really freeeezing in the south!” al ietsje serieuzer te nemen: alsof Australiërs weten wat kou is namelijk..), stond de autorit naar Northam op het programma. In het kleine plaatsje Beverly hebben we even wat gelopen, met een wc-stop ;). Vanaf Northam veranderde het landschap en de stadjes; nog steeds wel van die grote hotels en motels op de hoek van doorgaande wegen, maar meer landbouwomgeving én bomen langs de wegen! Bij Narrogin hebben we getankt en een camping net buiten het centrum gevonden. Er stonden twee limousines geparkeerd, heel oude caravans en een office die meer weg had van een onopgeruimde woonkamer.. Nadat we ons avondeten in het prieeltje hadden opgegeten, hadden we zin in een toetje: chocola! Bij de Liquor Store (die vind je óveral in Australië, ook gewoon langs de snelwegen…) hebben we twee repen Cadbury chocola gehaald en zijn we door het stadje gaan wandelen. Leuk om in de etalages te kijken en naar de oude, lange gevels. De stoep wordt beschermd voor zon/regen door wijde overkappingen. We werden nog aan het schrikken gemaakt door typische (Aboriginal)hangjongeren, humor… Terug op de camping hebben we in zaklamplicht, met al meerlaagse kleding, onze reisdagboeken bijgeschreven, totdat ik zat te bibberen van de kou: na een lekker warme douche zijn we toen in onze slaapzak gekropen :).

Wordt vervolgd…

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Carmen

Nu ik mijn studie succesvol heb afgerond, ga ik mijzelf belonen met een reis naar Nieuw-Zeeland en Australië!

Actief sinds 11 Mei 2008
Verslag gelezen: 611
Totaal aantal bezoekers 27773

Voorgaande reizen:

14 November 2008 - 02 Mei 2009

Mijn eerste reis

Landen bezocht: